“We vechten en knokken met zijn allen om het dorp een dorp te laten zijn. We zijn de Galliërs tegen het Romeinse hof. Tegen de gemeente en tegen Vestia. Bij de gemeente moeten ze beseffen dat we een hechte gemeenschap zijn met een hechte cultuur en dat kinderen in Duindorp kunnen wonen. Molukkers hebben ook wijken in diverse steden. (…) Dat is ooit afgesproken. Waarom kan dat bij ons niet? Waarom hebben zij een voorrangspositie?” Gevestigde bewoner: “Ooit begon het met een varkenskop aan een deur. Puur door onmacht: mijn kind komt er niet in, de moslim komt er wel in. (…) Onze kinderen krijgen geen huis, iemand van buiten wel. Dat is echt een zeer punt in Duindorp. Ik heb zelf een goede baan en een grote woning. Maar de mensen om mij heen voelen ze zich achtergesteld door de gemeente en Vestia.
“Op het plein is het af en toe best heftig. Er zijn vijftig jongeren. Dat is geen veilig gevoel als je daar rijdt. Voor mij wel. Ik woon hier vijftig jaar; ze kennen mij. Ik kan mij voorstellen dat een golf van jongeren met scooters, brommers en auto’s een onveilig gevoel geeft voor omwonenden en anderen die van buiten op visite komen. Dat is niet prettig.”
: “De boosheid zit diep. Met name bij de kinderen. Die schreeuwen om woningen. Duindorp zit op slot; je kunt geen kant op. (…) De gewone arbeider moet weg. Het wordt volgestopt met yuppen. Daar ben ik absoluut op tegen. Daar gaan we niet mee akkoord. Dat heeft niks met discriminatie te maken. Het is een angst die mensen hebben. Ze zijn niet gek. Ze zullen zich wel verweren en actievoeren als straks blijkt dat hun kinderen geen eigen huis toegewezen krijgen. De woningnood is al hoog. Koopwoningen zijn er überhaupt niet. Als er dan ook geen huurwoningen meer zijn, maar alleen nieuwbouw, dan is het oorlog in Duindorp. Niet letterlijk, maar dan zijn de rapen gaar.
“Een groot percentage van de voetbalwedstrijden worden in het weekend gestaakt in Nederland. Het is het topje van de ijsberg erkent ook de KNVB. Het is niet alleen bij Duindorp SV. De club ligt onder een vergrootglas. Zodra er wat bij ons gebeurt, is het racisme.
“Wat er gebeurd is met de Marokkaanse bruiloft6 wordt breed uitgemeten. Het is landelijk nieuws geweest. Wat gaan mensen dan denken? Dan kun je wel tegen de stroom oproeien en zeggen dat het niet zo is, maar dan vind je geen luisterend oor. Ik durf ook niet te zeggen dat ik er woon. (…) Het is heel negatief. Negatieve beeldvorming leeft bij iedereen. Mensen zijn er echt klaar mee. (….) We worden gediscrimineerd. We worden niet gelijkwaardig behandeld. Dat gevoel leeft in de wijk: wij worden gediscrimineerd, omdat we Duindorpers zijn. We deugen niet, we zijn asociaal. Zo worden we iedere keer neergezet.”
“Een keer kwam een journalist gekleed in boerka. Dan worden mensen boos. Ze gingen juist asocialere mensen interviewen, niet de normale. Van die berichtgeving hebben we nog steeds last. Nog steeds kaarten mensen het racisme aan. Bewoners komen er ook steeds op terug. Daar zijn ze weer. Wat moeten ze nou weer van ons? Omroep West hoeft zich niet meer te vertonen; zij kunnen het niet meer goed maken.”
“In de documentaire is een verkeerd beeld van Duindorp gemaakt. Ze lieten niet de vertegenwoordigers van Duindorp aan het woord, zoals de mensen van het wijkberaad. Een vrouw kwam niet eens uit Duindorp. Het is een eenzijdig en negatief beeld. Er is niet met mensen met verschillende achtergronden gesproken. (…) Mensen worden er moe van dat ze neergezet worden als racist. Heel vervelend dat de wijk zo in het nieuws komt.
: “In de avond heb je de jongeren. Hoe vaak wij al niet de politie hebben gebeld. Ze vernielen van alles. Daar heb je op sommige momenten gewoon heel veel last van. (…) We bellen, omdat ze schreeuwen. Ze gebruiken het ‘kwoord’. Soms stichten ze een brandje. Soms zeg ik er wat van. Dan krijg je een grote muil.” Nieuwkomer zonder migratieachtergrond
“In de avond heb je de jongeren. Hoe vaak wij al niet de politie hebben gebeld. Ze vernielen van alles. Daar heb je op sommige momenten gewoon heel veel last van. (…) We bellen, omdat ze schreeuwen. Ze gebruiken het ‘kwoord’. Soms stichten ze een brandje. Soms zeg ik er wat van. Dan krijg je een grote muil.”
“Een paar weken geleden was er weer een gestoord jochie. ‘Kankerwouten’ riep hij. Er was geen politie. Wij negeerden het en liepen verder. Hij blokkeerde ons de weg en zei: ‘Loop niet in de weg, kankermensen’. Je houdt je in en het liefst zou je een draai om de oren geven. Dat zijn dingen die heel storend zijn. (…) Ik hield mij in, want je krijgt er ellende van. Ouders hebben geen zelfreflectie. Als je een kind aanspreekt, heb jij het gedaan. Het heeft geen zin. (….) Het is uitschot, die jeugd van 14 tot 18 jaar. Ze hebben geen normen en waarden.
“Een moeder zei: ‘We gaan je huis bombarderen, je moet weg. Al die kinderen gingen lachen. Ze dachten dat we zouden vechten, maar ik heb het genegeerd. Ze heeft mij gekrabd. (…) Het gooien van stenen en eieren is zes maanden doorgegaan. Het was een gewoonte geworden. Dan hoorde ik voetstappen en wist ik dat ze weer zouden gooien. Soms duurde het tot 3.00 uur in de nacht. (…) Ze dachten dat ik zou verhuizen. Ze hadden niet verwacht dat ik zou blijven. Ik wilde mij niet weg laten jagen. Ik ben met bewoners in gesprek gegaan. Ze wilden dat ik daar weg ging. Ik kreeg allemaal bedreigingen. Vanaf de eerste steen ben ik daarna elke dag geterroriseerd. Ik deed de deur niet meer open, ik was bang. Het was voor mij oorlogsgebied geworden. (…) Ze hadden gepland dat ze met een hakbijl zouden komen. Mensen met scooters kwamen voorbij, ook volwassen mensen. Ze lachten. Ik zat toevallig voor het raam, maar ze konden mij niet zien. Ik zag een man van rechts, lang, mager en blank met een hakbijl heel snel lopen. Het zag er zo agressief uit. Ik rende naar achteren. Drie keer hakte hij op mijn raam. Andere mensen stonden hem aan de overkant aan te moedigen. Ik heb gelijk 112 gebeld.”
“Discriminatie is er, net als in andere wijken. Extreem is dat ze ramen ingooien. Dat veroordeel ik. Ze willen dat ze opsodemieteren, wegwezen en verhuizen. (…) Bij de vrouw die zich kritisch uitliet over Zwarte Piet en een man uit de Schilderswijk is het schrik aanjagen. Mensen een onveilig gevoel geven, zodat ze hier niet meer willen wonen. Dat veronderstel ik.”
Een moeder (met een migratieachtergrond) vertelde mij dat het bij haar thuis onrustig en onveilig was. Ze vertelde: ‘Mijn buur gooide eieren op het balkon, stak de banden van de auto lek en bonsde op ramen. De kinderen waren bang. De politie deed niks. (….) De moeder wilde weg. Ze kon het zo haarfijn uitleggen dat het wel duidelijk is wie het gedaan heeft, maar de politie had meer nodig. Het gezin is vertrokken. De moeder woont ergens anders. Ze is weggetreiterd.”
“Ik werk als vrijwilliger bij Stichting Voedselbank Haaglanden. Wekelijks werden er voedselpakketten uitgedeeld. De voedselbank heeft ook klanten uit Duindorp. Sommige gezinnen uit Duindorp leven onder de armoedegrens en zitten in de schuldsanering. Ik merk daar als bewoner niets van. Maar het is verborgen armoede. Ze gaan niet zeggen dat ze geen eten hebben. Leven in armoede hangt samen met andere gezinsproblematiek. Er zijn onderlinge spanningen binnen het gezin. Er is kindermishandeling. Ik zie de spanningen binnen het gezin niet, maar vermoed het wel.
“Slaat het niet door? Zijn het niet te veel? Je moet de pijn goed verdelen en niet te veel in een wijk stoppen. Er is ook een spanning, omdat er vaak harde muziek wordt gedraaid. Dan staat er iemand op het dak die eraf wil springen. Of iemand die het huis in brand steekt. Dan denken mensen ook: ‘Daar komt weer zo’n malloot naast mij wonen, dat wil ik helemaal niet’.”
In 2016 heb ik een eerste aanzet gedaan voor het schrijven van dit verslag. Ik had al veel informatie verzameld zoals de teksten van alle Duindorpers die ze op de commissievergaderingen en raadsvergaderingen hadden ingesproken. Ook was ik in het bezit van de verslagen van de raadscommissies en de gemeenteraad. Ik moest ze nog wel allemaal uittypen en in de juiste volgorde plaatsen. De interviews van radio West met de Duindorpers heb ik beluisterd en tegelijkertijd uitgetypt. De Duindorpers en SOS Duindorp hebben zich zowel in hun teksten als tijdens de acties correct gedragen. In de Geschiedenis van Scheveningen 1875-2014, uitgegeven door Vrienden van Den Haag, staat echter dat de acties van het comité zouden zijn ‘geradicaliseerd, zeker nadat de gemeenteraad op 2 juli 1998 had ingestemd met de plannen.’ Dit is pertinent niet waar! Een aantal Duindorpers die niet waren aangesloten bij SOS Duindorp verpesten de sfeer in Duindorp door onder andere de ruiten van het informatiepunt in de Pluvierstraat in te gooien. De door het actiecomité georganiseerde protestmars op 15 augustus 1998 door Duindorp, waarbij honderden Duindorpers aan meededen, bevestigd nog eens hoe rustig en gedisciplineerd er actie werd gevoerd. Alleen de wijkagent was toen aanwezig. Net als bij de bezetting door het actiecomité van het kantoor van Vestia aan de haven op 17 juli 1998. Ik wil de mensen van SOS Duindorp waar ik mee heb samengewerkt bedanken voor hun vertrouwen in mij. Om een conclusie uit dit verslag te trekken zou ik een gespecialiseerd onderzoek moet doen waarvoor ik niet gekwalificeerd ben. De lezer kan zijn eigen conclusie trekken. Een mening hebben is natuurlijk van een andere orde. Iedereen mag zijn mening verkondigen, of dat vervelend overkomt maakt niet uit. Zo werkt een democratie. En dat is goed. Dus maak ik daar nu gebruik van. Allereerst ben ik van mening dat mensen massaal worden geactiveerd als hun woning dreigt te worden afgebroken. In dit geval woningen in een vertrouwelijke dorpse omgeving waarin ze zijn opgegroeid en sommige meer dan 80 jaar hebben gewoond. Ik begrijp de boosheid van de Duindorpers die van generatie op generatie op deze plek aan zee leefden waarop menig Duindorper zijn brood als visser heeft verdiend. Ik vind het jammer dat de laatste 25 jaar Duindorp steeds negatief in de media komt door Duindorpers die hun wijk nogal eens te grabbel gooien. Met als gevolg dat het sociale leefklimaat onder druk staat en bewoners zich niet meer veilig voelen in hun woning of de openbare ruimte. Het wegpesten van nieuwkomers in Duindorp komt nogal eens voor. Ik ben van mening dat dit anders kan en moet. In Duindorp moet iedereen weer prettig en veilig kunnen wonen. Een eerste stap die iedereen kan zetten is het openstaan ten opzichte van nieuwe bewoners die iets anders zijn dan de geboren en getogen Duindorp.
Like dit 42 Liked